Hekjes“stress”
Als ik de achterdeur uitloop richting onze garage schrik ik ineens; mijn hart klopt in mijn keel, mijn hartslag versnelt, ik adem anders en kijk snel om me heen. Als je dit leest heb je er misschien een beeld bij? Wat gebeurt er in je eigen gedachten? Misschien heb je al bedacht wat ik zag, hoorde of meemaakte en snap je waarom ik schrok? En als ik vertel dat twee seconden later de schrikreactie helemaal is verdwenen en ik juist lach, wat denk je dan?
Wat er gebeurde was dat ik dacht ‘oh het hekje staat open!’ en meteen daar achteraan ‘waar is hondje Pebbles?’. Toen we hier kwamen wonen hebben we door de hele tuin van die verplaatsbare ‘schapenhekjes’ geplaatst en vlakbij onze achterdeur een houten hekje dat iedereen altijd keurig dicht deed. Want Pebbles mag natuurlijk niet de weg op lopen en als ze een andere hond of kat ziet vliegt ze erachteraan, want ze wil spelen met iedereen! Nu is er een paar weken geleden een mooi hek geplaatst op de oprit en naast mijn praktijk (dat plan is bedacht na een fietsendiefstal vorig jaar, weer een ander verhaal). Daarna ben ik weer de bosjes in gedoken om het schapenhek te verplaatsen en nu is het gebied waar Pebbles loopt uitgebreid en is het oorspronkelijke hekje niet meer nodig. Maar mijn brein is nog steeds gefocust op het dichtdoen van dat hekje (dat er niet eens meer staat overigens) en waarschuwt mij als het open is.
Een angstreactie dus. Een prachtige reactie die we ook nodig hebben, want het zorgt ervoor dat we niet zomaar de weg op lopen zonder te kijken of ons begeven in situaties die gevaarlijk voor ons zijn. Hoewel situaties die ons bang maken verschillen van persoon tot persoon, kunnen we ons er allemaal wel wat bij voorstellen, je had vast wel een beeld bij de eerste zinnen die ik schreef. Over het algemeen beschermt angst ons dus, maar het kan ook belemmerend gaan werken als het ons dagelijks leven gaat beheersen.
Dat kan bijvoorbeeld komen omdat je de angstige situatie niet meer kan vermijden of omdat er iets naars gebeurt waardoor angst ontstaat. Zo kan spinnenangst ineens heel groot worden als iemand verhuist naar een huis waar die beestjes veel meer aanwezig zijn. Of kan iemand bang worden voor autorijden na aangereden te zijn voor een stoplicht. Ons brein heeft de neiging om angstige situaties te vermijden en dat werkt op korte termijn fantastisch. Gewoon wegrennen voor de spin (of iemand vragen hem weg te halen). En dan maar niet meer die auto in, dat scheelt een hoop spanning. Het nadeel daarvan is dat je dan zelf bevestigt dat het inderdaad heel eng is zo’n spin of dat autorijden. Angst heeft de neiging zich uit te breiden en voor je het weet ga je steeds meer situaties vermijden. De oplossing? Ga het weer aan! Stapsgewijs letterlijk richting spin of autorijden gaan (of wat je dan maar angstig maakt) helpt je om weer minder angstig te worden, hoe naar dat bij de eerste keren ook voelt. Vaak lukt dat wel samen met iemand in je omgeving, soms heb je daar hulp bij nodig. Want het kan zijn dat de angst te groot is of dat een traumatische gebeurtenis ‘vastzit’ in je brein en je net wat meer hulp nodig hebt om de eerste stap richting de angst te kunnen zetten.
Mijn angstreactie loste zichzelf elke keer weer snel op, doordat ik me realiseerde dat er verderop een nieuw hek stond en dat de alertheid dus niet nodig was. Maar het heeft echt wel een paar weken geduurd voordat ik helemaal niet meer schrok en nu nog vind ik het beeld van Pebbles bij de garage nog apart. Wel weer goed om op te merken hoe ons angstbrein altijd voorrang heeft en tijd nodig heeft om te wennen aan nieuwe situaties.
Deze tekst is eerder verschenen in ‘dorpsglossy’ Doarpskompas